zaterdag 5 april 2008

Père Jacques et Père Edouard.

Père Jacques is de gastenpater. Het is iemand die je eerst even moet leren kennen. Maar dan ervaar je een heel fijn, warm en zorgzaam iemand. Hij noemde me 'le Pèlerin' en vroeg geregeld hoe het met me ging. Toen ik 's avonds een trappistje vroeg, heb ik er eentje gekregen. Dat is blijkbaar niet echt de gewoonte. De volgende avond hoefde ik niets meer te vragen. Hij kende me al. Ik kreeg de zwaardere versie. "Comme ça, vous allez bien dormir."
Mijn logies moest ik niet betalen. Pelgrims betalen niet. Morgen zou hij me na de mis een kortere weg tonen, zodat ik enkele stapminuten zou uitsparen.
Père Edouard komt van West-Vleteren. Het is van dezelfde orde. Hij is een echte knuffelbeer, heeft een grote baard, lijkt een Bourgondiër ( tiens, waar heb ik nog zo'n exemplaren gezien) en lacht gemakkelijk. Hij is hier nu zes jaar (26 jaar West-Vleteren). Hij doet aan boekbinden. Hij heeft me zijn werkruimte getoond en heeft me heel wat verteld. Hij liet me ook een boek zien uit de 15de eeuw. Hij is het aan het restaureren. Het was erg boeiend. Ik heb hem geen 'dag' meer kunnen zeggen, dus dat heeft hij nog tegoed van mij!

Geen opmerkingen: